B-keus PIR isolatie
B-keus constructieplaten
Outlet glaswol
B-keus outletpartijen
B-keus Vloerelementen
B-keus EPS
PIR/PUR 2-zijdig aluminium
PIR/PUR Spouwplaten
PIR Afschot
PIR 2-zijdig mineraalglasvlies
PIR + OSB
PIR + Gips
PIR + Fermacell
PIR + SPANO
PIR + Diamondboard
PIR + Underlayment
Kingspan Kooltherm
Renovatieplaten
Dampremmende folie
Damp-open folie
Klimaatfolie
Dampdichte folie
EPDM Randstroken
Radiatorfolie
Isolatiefolie
B-keus PIR isolatie
B-keus constructieplaten
Outlet glaswol
B-keus outletpartijen
B-keus Vloerelementen
B-keus EPS
PIR/PUR 2-zijdig aluminium
PIR/PUR Spouwplaten
PIR Afschot
PIR 2-zijdig mineraalglasvlies
PIR + OSB
PIR + Gips
PIR + Fermacell
PIR + SPANO
PIR + Diamondboard
PIR + Underlayment
Kingspan Kooltherm
Renovatieplaten
Dampremmende folie
Damp-open folie
Klimaatfolie
Dampdichte folie
EPDM Randstroken
Radiatorfolie
Isolatiefolie
U gaat eerst berekenen hoeveel isolatieplaten u nodig heeft en hoe dik die platen mogen zijn. De dikte van de plaat heeft namelijk invloed op de isolatiewaarde, maar ook het type. Zo heeft een EPS-plaat van 80mm dik een Rd-waarde van 2,20 en een PIR-plaat van 80 mm dik een Rd-waarde van 3,60. Als u weinig ruimte hebt in de kruipruimte, is PIR een betere optie. Bereken dus goed wat er mogelijk is en kies op basis van die informatie uw isolatieplaten.
Ontdek welke Rd-waarde u nodig heeft
Maak alle gaten en kieren van uw betonvloer dicht. Denk daarbij aan scheuren, maar ook aan plekken waar leidingen door de betonvloer lopen. Vul deze op met pur en bedek daarnaast de verwarmingsbuizen met buisisolatie, zodat de hitte die daarvan afkomt niet zomaar verloren gaat. Een simpele manier om uw betonvloer nog wat beter te isoleren!
Om vochtproblemen te voorkomen, is het belangrijk dat u de kruipruimte goed ventileert. Daarvoor boort u een aantal ventilatiegaten in de buitenmuur bij de kruipruimte. Zorg er daarbij voor dat deze tegenover elkaar komen in de voor- en achtergevel. Daardoor ontstaat er een luchtstroom en wordt de kruipruimte goed geventileerd. Gemiddeld heeft een kruipruimte vier tot zes ventilatiegaten nodig. Werk de gaten netjes af met ventilatieroosters, zodat er geen ongedierte naar binnenkruipt.
Hoe groot de gaten moeten zijn, is afhankelijk van de grootte van uw kruipruimte. Bij elke vierkante meter aan kruipruimte, heeft u namelijk één vierkante centimeter aan luchtgaten nodig. Bij een kruipruimte van ongeveer 50m² komt dat neer op 50 centimeter aan luchtgaten.
Snijd de isolatieplaten op maat met een handzaag. Werk zo nauwkeurig mogelijk, zodat u de platen zo strak mogelijk kunt bevestigen. Daardoor gaat er minder warmte verloren en verhoogt u de isolatiewaarde van de constructie. Lijm de isolatieplaten vervolgens met een speciale isolatielijm vast tegen het plafond van de kruipruimte, dus de onderkant van uw betonvloer. Omdat de lijm niet direct is uitgehard dient u de isolatieplaten tijdelijk te ondersteunen met bijvoorbeeld houten latjes. Deze kunnen er na 15 a 30 minuten weer onderuit, bijvoorbeeld als u aan de volgende rij begint.
Heeft u een droge kruipruimte? Bedenk dan de bodem van de kruipruimte nog met een PE-folie, om optrekkend vocht tegen te houden. Snijd de folie af en houd aan elke kant zo’n 30cm over. Vouw deze randen om en schroef de folie ongeveer 20cm boven de bodem van de kruipruimte vast.
Heeft u een extreem vochtige kruipruimte of wilt u de ruimte nog beter isoleren? Kies dan voor bodemisolatie. EPS-parels hebben de hoogste isolatiewaarde, DI-chips zijn geschikt voor kruipruimtes waar soms een laagje water in staat. Bodemisolatie is wel wat duurder dan folie en ook niet nodig als u de betonvloer al goed heeft geïsoleerd.
Lees meer over bodemisolatie
"Jan de Isolatieman, streeft ernaar u zo goed mogelijk van dienst te zijn. Aangezien elke klus uniek is, raden wij u aan altijd contact op te nemen met een professional. Bekijk hier onze voorwaarden."
Sluiten